Orkaan Irma

Duur missie: 5 september 2017 - 28 november 2017
Aantal militairen: 1.000
Dodelijke slachtoffers: geen
Dapperheidsonderscheidingen: geen

Orkaan Irma raasde 6 september 2017 over Sint Maarten en liet daar een spoor van vernieling achter. Militairen van marine, landmacht, luchtmacht en marechaussee verleenden noodhulp op het Bovenwindse eiland.

Zij herstelden verbindingen en wegen, hielpen bij het evacueren van gewonden en werden ingezet om plunderingen te voorkomen en de openbare orde en veiligheid te handhaven. Zo assisteerden marechaussees de lokale politie op de Bovenwindse eilanden en probeerden genisten en mariniers onder meer het vliegveld op Sint Maarten weer toegankelijk te krijgen. Varend en vliegend Defensiematerieel leverden tonnen hulpgoederen af.

Op het hoogtepunt waren meer dan 600 militairen op Sint Maarten, terwijl nog eens 400 man hen ondersteunden vanaf schepen en de Benedenwindse eilanden.

Voorbereiding

Voordat Irma huishield, waren 100 op Aruba gestationeerde militairen al naar de Bovenwinden gedirigeerd om de daar gestationeerde militairen te versterken. Zij hielpen de bevolking met de voorbereidingen op de komst van de zware orkaan (vijfde categorie).

Zeeland en Pelikaan

Nadat Irma was uitgeraasd, arriveerden patrouilleschip Zr.Ms. Zeeland en ondersteuningsschip Zr.Ms. Pelikaan. De marineschepen brachten nog meer militairen, voertuigen en hulpgoederen naar Sint Maarten. De NH90-boordhelikopter van de Zeeland bracht de schade op de Bovenwindse eilanden in kaart. De bemanning van de snelle vaartuigen van het schip voerden havenonderzoek uit en leverden technische ondersteuning aan de kustwacht.

Beide schepen vertrokken enkele dagen later noodgedwongen om een volgende orkaan te vermijden. Toen de kust na passage van orkaan José weer veilig was, stoomde de Zeeland opnieuw richting Sint Maarten.

Vliegtuigen

De luchtmacht zette vliegtuigen in. Vanaf Eindhoven vlogen een C-130 Hercules en KDC-10, beladen met water en voedsel, naar het getroffen gebied. Ook gingen meer dan 100 militairen mee om op Sint Maarten te helpen. Defensie zette daarnaast een C-17-transportvliegtuig in vanuit de internationale vliegtuigpool Heavy Airlift Wing. Zowel de KDC-10 en C-17 als diverse ingehuurde Antonov en Ilyshusin-vrachttoestellen vlogen meermaals vanuit Nederland om hulpgoederen te brengen.

In het gebied voerden 2 C-130 Hercules-transporttoestellen vrijwel dagelijks noodhulpvluchten uit tussen Curaçao en Sint-Maarten, onder meer om patiënten en toeristen te evacueren.  

Karel Doorman

Medio september riep Defensie Zr.Ms. Karel Doorman terug van een internationale oefening in de Baltische Zee. In Den Helder beladen met 1 miljoen kilo spullen voor Sint Maarten, Saba en Sint Eustatius, zette het grootste marineschip vervolgens koers naar het Caribisch gebied. Daar fungeerde de Doorman ook als varend pompstation door verschillende marineschepen te voorzien van brandstof.

Dominica

Later leverde Zr.Ms. Doorman ook nog eens 800.000 kilo goederen af op Dominica. Deze eilandstaat raakte zwaar beschadigd toen orkaan Maria erover raasde. Ook de bemanningen van Zr.Ms. Zeeland en Zr.Ms. Pelikaan hielpen op Dominica. Net als op Sint Maarten brachten zij daar de schade in kaart, voerden medische evacuaties uit en leverden spullen af.

Genie

De nog op Sint Maarten aanwezige militairen werkten intussen hard om te helpen bij het herstel van het zwaar beschadigde eiland. Een ingevlogen geniecompagnie maakte in bijna 3 maanden onder meer wegen begaanbaar en droegen bij aan het op gang brengen van de water- en stroomvoorziening.

Leiding operatie

De Commandant Zeemacht in het Caribisch Gebied leidde de hulpoperatie op Sint Maarten. Later werd hij bijgestaan door een samenwerkingsverband van Frankrijk, Nederland en het Verenigd Koninkrijk. Deze Multinational Caribbean Coördination Cell zorgde voor de coördinatie van het lucht- en zeetransport binnen het Caribisch gebied.