Meer informatie over dit project?

F-16

Ter gelegenheid van de naderende uitfasering van de F-16 in de Koninklijke Luchtmacht werkt het NIMH aan een wetenschappelijke studie over de geschiedenis van dit succesvolle jachtvliegtuig in Nederlandse dienst. In juni 1979 nam de Koninklijke Luchtmacht de eerste van liefst 213 exemplaren in ontvangst. Het iconische jachtvliegtuig zou ruim veertig jaar het gezicht van de luchtmacht bepalen.

In gebruik genomen in het laatste decennium van de Koude Oorlog, breidden de Nederlandse F-16’s na de val van de Berlijnse Muur hun operatiegebied uit van het NAVO-territoir naar conflictgebieden op de Balkan, Afghanistan, Libië, Syrië en Irak. Oorspronkelijk ontworpen als een relatief eenvoudige dagjager groeide de F-16 in de loop der jaren uit tot een multi-role inzetbaar jachtvliegtuig, dat zich even goed thuis voelde in het luchtgevecht als in het aanvallen van gronddoelen of het uitvoeren van tactische verkenningsvluchten. De technologische ontwikkeling van de F-16 en de veranderende wijze van optreden die de toevoeging van onder andere geavanceerde sensoren, nachtzichtapparatuur en ‘slimme’ munitie met zich meebracht loopt hierbij als een rode draad door het boek. De overstap van de ‘analoge’ F-104 en NF-5-jachtvliegtuigen naar de ‘digitale’, dat wil zeggen door tussenkomst van een computer (fly-by wire) gevlogen F-16, betekende voor het zowel vliegend- als grondpersoneel een gigantische stap voorwaarts.

Deze studie zal dan ook ruimschoots stilstaan bij de technische, personele en organisatorische uitdagingen die de introductie van dit zogenaamde 4e generatie jachtvliegtuig voor de luchtmacht tot gevolg had. Onderwerpen als het selectie- en verwervingstraject, (vlieg)opleidingen en trainingen, wapeninstructie, de productie door Fokker, de modificatieprogramma’s, de logistiek en de initieel forse vredesverliezen zullen stuk voor stuk de revue passeren. De focus ligt evenwel op de operationele inzet ten tijde van de Koude Oorlog, boven de Balkan, Afghanistan en het Midden Oosten. Aan de hand van veelal primair bronmateriaal, aangevuld met interviews van direct betrokkenen en ondersteund door een omvangrijke hoeveelheid (nieuw) beeldmateriaal, wordt in negen hoofdstukken een compleet beeld geschetst van de operationele carrière van dit jachtvliegtuig in Nederlandse dienst.