Pieter Bierema

De Groningse Pieter Tako Bierema wordt in 1912 geboren in het kleine dorpje Usquert. Als hij twintig jaar is, moet hij net als vele andere jonge Nederlandse mannen in dienst. Hij komt bij de Schoolcompagnie van de Motordienst terecht. De Schoolcompagnie is het opleidingscentrum voor de motordienst en beheert de voertuigen van de krijgsmacht.

Bierema besluit om, na het vervullen van zijn dienstplicht, vlieger te worden. Op vliegbasis Soesterberg haalt Bierema zijn vliegbrevet en treedt hij weer in dienst bij de Luchtvaartafdeeling, zoals de luchtmacht dan heet. Hij wordt reserve-eerste luitenant-vlieger en commandant van een afdeling Fokker jachtvliegtuigen.

Vergroot afbeelding Zwart-witfoto. Portret van een militair. Hij draagt een uniform, met zeven grote knopen over de borst, een brede leren riem om zijn middel en een smallere leren riem schuin over de borst. Op zijn kraag is aan weerszijden een zeshoekige ster aangebracht.
Beeld: ©NIMH / Fotoafdrukken Koninklijke Luchtmacht
Pieter Bierema als reserve-tweede luitenant-vlieger in ca. 1935.

Een bommenwerper als jager

Tijdens de mobilisatie komt Bierema op vliegveld Ypenburg bij Den Haag terecht. Hij wordt vlieger van een Douglas-duikbommenwerper met registratienummer 381; zijn vriend Wilhelmus Faber is op hetzelfde toestel waarnemer en boordschutter. Begin mei 1940 krijgen zij te horen dat de Douglas-toestellen als jager moeten gaan fungeren. De bommen zijn niet geleverd en er is een tekort aan jachtvliegtuigen. Dat is een onaangename verrassing. Bierema heeft weliswaar ervaring met het besturen van jachtvliegtuigen, maar de Douglas is daar niet voor gebouwd. Het is te traag en niet wendbaar genoeg.

Op 10 mei 1940, heel vroeg in de ochtend, vliegen Duitse vliegtuigen over vliegveld Ypenburg en laten de eerste bommen los. Haastig trekt Bierema zijn uniform over zijn pyjama aan en start zijn Douglas 381. Bierema en Faber gaan het gevecht met de vijand aan.

Zelfs geen noodlanding

Tijdens de luchtgevechten schieten Bierema en Faber al hun munitie erdoorheen. Om te herladen wijkt Bierema uit naar vliegveld Ockenburg, maar het lukt hem niet om te landen. Ook een tweede poging in Hoek van Holland gaat niet: het landingsgestel van de Fokker blijkt beschadigd te zijn. Zelfs een noodlanding zit er niet in. Dan raken Bierema en Faber opnieuw in een luchtgevecht met drie Duitse Messerschmitts verwikkeld. Bij Kijkduin wordt het vliegtuig geraakt en stort het in zee neer. Zowel Bierema als Faber komen hierbij om het leven. Een week later spoelt het levenloze lichaam van Bierema aan op het strand. Na de oorlog krijgt Pieter Tako Bierema postuum het Vliegerkruis toegekend.