Duur missie: 23 april 1991 - 31 januari 1992
Aantal militairen: 1.138
Dodelijke slachtoffers: geen
Dapperheidsonderscheidingen: 3

Het Iraakse leger werd in februari 1991 door een internationale coalitie onder leiding van de Verenigde Staten uit Koeweit verdreven. Hierna kwamen de sjiieten in Zuid-Irak en de Koerden in Noord-Irak in opstand tegen het dictatoriale Baath-regime van president Saddam Hoessein.

Koerden op de vlucht

Zijn Republikeinse Garde sloeg de opstanden genadeloos neer. In Noord-Irak sloegen honderdduizenden Koerden uit angst voor vergelding op de vlucht naar het Zagros-berggebied. In de bergen verbleven de vluchtelingen onder erbarmelijke omstandigheden. Dagelijks stierven duizenden kinderen en ouderen door kou, ziektes en gebrek aan water en voedsel.

Veiligheidszone

De Verenigde Naties probeerden een einde te maken aan de humanitaire ramp. Een resolutie bood ruimte om de Koerdische vluchtelingen van noodhulp te voorzien. Vooral onderdak, voedsel en medische voorzieningen waren dringend nodig. Hiervoor werd een veiligheidszone (safe haven) in Noord-Irak gecreëerd. Deze werd beschermd door een multinationale militaire troepenmacht van 25.000 militairen. Deze internationale operatie heette Provide Comfort.

Beeld: NIMH, collectie Digitale Selecties

De eerste Nederlandse mariniers passeren de grensbrug tussen Turkije en Irak.

Nederlands aandeel

De Nederlandse regering stuurde eenheden uit verschillende krijgsmachtdelen naar Noord-Irak, onder de codenaam operatie Haven. De landmachteenheid opereerde onder de naam 11 Geniehulpbataljon. Die bestond uit een geneeskundige compagnie, een genieconstructiecompagnie, een stafcompagnie en een stafverzorgingscompagnie. Laatstgenoemde eenheid kreeg nog drie extra eenheden onder bevel: een luchtmachtdetachement met drie Alouette III-helikopters; een team van de explosievenopruimingsdienst; en een mariniersbataljon met verzorgingscompagnie, ondersteuningscompagnie en twee infanteriecompagnieën.

Marechaussee en mariniers

De Koninklijke Marechaussee stelde voor politietaken veertien man beschikbaar. 11 Geniehulpbataljon stond onder commando van een luitenant-kolonel. Een luitenant-kolonel der mariniers had de leiding over het mariniersbataljon. Alle Nederlandse eenheden werden ingedeeld bij een internationale taakgroep met een hoofdkwartier in de stad Zakho.

Kleurenfoto, buiten in de woestijn. Een helikopter staat op de grond met opengeslagen deuren en is volgepakt met dozen. Naast de helikopter staat een militair in groene overall die lachend over zijn schouder richting de camera kijkt. Het landschap is woestijn en bergachtig, met lage struiken op de verhoging achter de helikopter.

Een Alouette III-helikopter is volgepakt met hulpgoederen voor de noodlijdende Koerdische bevolking.

Beeld: NIMH, collectie Fotoafdrukken Koninklijke Luchtmacht

Kleurenfoto, buiten in de woestijn. Een helikopter hangt met draaiende rotorbladen in de lucht, daaronder hangt een net aan een touw, met daarin kartonnen dozen. Het landschap is woestijn: veel zand, geen begroeiing, op de achtergrond een paar bergen.

Een Alouette III-helikopter vervoerd hulpgoederen voor Artsen zonder Grenzen.

Beeld: NIMH, collectie Fotoafdrukken Koninklijke Luchtmacht

Zwart-witfoto, buiten op een grasveld. Een militair buigt voorover terwijl hij een houten plank doorzaagt. Links een jongetje die op een stapel hout op zijn knieën zit en samen met andere militair rechts de plank vasthoudt. De militair rechts draagt een zonnebril en een pet en kijkt voor zich uit. Op de achtergrond is een militair tentenkamp te zien.

Manschappen van 11 Geniehulpbataljon helpen met bouwwerkzaamheden in het basiskamp in Zakho.

Beeld: NIMH, collectie Digitale Selecties