Operatie Mitch/Operatie Tellar

Eind oktober en begin november 1998 werden de Latijns-Amerikaanse landen Honduras, Nicaragua, El Salvador en Guatemala zwaar getroffen door de orkaan Mitch. De cycloon veroorzaakte op grote schaal overstromingen, modderstromen en aardverschuivingen. In totaal verloren bijna 25.000 mensen het leven.

Internationale hulpverlening

Daarnaast raakten ongeveer twee miljoen mensen dakloos en verwoestte de orkaan bijna de hele infrastructuur van Honduras en Nicaragua. Enkele dagen na de ramp kwam een internationale hulpverleningsactie op gang. Zo hielpen Amerikaanse, Britse, Franse, Mexicaanse en Nederlandse militairen de ergste nood te bieden totdat civiele hulporganisaties in staat waren deze taak over te nemen.

Nederlands aandeel in Operatie Mitch/Operatie Tellar

Op verzoek van de Verenigde Naties dirigeerde Nederland eenheden van verschillende krijgsmachtdelen naar het rampgebied. Een Nederlands fregat en een marinierseenheid, aangevuld met vier commando’s van de landmacht, schoten als eerste te hulp. Daarnaast stuurde Defensie drie vliegtuigen plus personeel, een noodhulpverkenningsteam en een extra marinierscompagnie naar Honduras.

Luchtbrug

De Commandant der Zeemacht in de Caraïben voerde het bevel over de Nederlandse noodhulpoperatie. Van 8 tot 17 november 1998 verzorgden twee Nederlandse Hercules-transporttoestellen een luchtbrug voor hulpgoederen. Het M-fregat Hr.Ms. Willem van der Zaan fungeerde vanaf 6 november als drijvend coördinatiecentrum in de haven van Puerto Cortés.

Transport per rubberboot

Een week later kreeg het fregat steun van het op Curaçao gestationeerde transportschip Hr.Ms. Pelikaan. De twee marinierscompagnieën verzorgden op verschillende locaties het transport van hulpgoederen per rubberboot. Op vrijdag 21 november 1998 werd de hulpverleningsmissie beëindigd. Civiele hulporganisaties hadden zich in het gebied ontplooid en namen de hulpverlening van de militairen over.