Duur missie: 31 augustus 1999 - 7 augustus 2000
Aantal militairen: 1
Dodelijke slachtoffers: geen
Dapperheidsonderscheidingen: geen

De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties (VN) besloot op 10 juni 1999 tot een civiele en een militaire operatie in Kosovo. De civiele operatie kreeg de naam United Nations Interim Administration in Kosovo (UNMIK) en kende vier pilaren: een tijdelijk bestuur, humanitaire zaken, wederopbouw en de opbouw van het overheidsapparaat.

Bestuurd door VN

Kosovo werd dus vanaf 10 juni 1999 bestuurd door de VN. Vanaf 2001 droeg UNMIK geleidelijk haar bestuurlijke verantwoordelijkheden over aan lokale bestuursinstanties. In 2006 startten de onderhandelingen om de definitieve status van Kosovo vast te stellen. Dat gebeurde onder leiding van de Finse VN-onderhandelaar Martti Ahtisaari.

Weinig schot

In het begin zat er weinig schot in de gesprekken. Dat kwam omdat Rusland weigerde in te stemmen met een voorstel dat alleen de goedkeuring van de Kosovo-Albanezen kreeg. De Russische federatie kon steeds een akkoord om zeep helpen door haar vetorecht te gebruiken in de VN-Veiligheidsraad.

Onafhankelijk na verkiezingen

In november 2007 werden er verkiezingen georganiseerd in Kosovo. Het nieuwe, hoofdzakelijk uit Kosovo-Albanezen samengestelde kabinet riep op 17 februari 2008 de onafhankelijkheid uit. Dit tot woede van Rusland. Verschillende landen erkenden in de dagen daarna de onafhankelijkheid van Kosovo.

EULEX

UNMIK richtte zich minder op het ondersteunen en adviseren van de Kosovaarse autoriteiten bij de opbouw van een rechtsstaat. De Europese Unie (EU) kwam aan deze behoefte tegemoet door op 16 februari 2008 te besluiten tot ontplooiing van een Europees veiligheids- en defensiebeleid missie in Kosovo. De missie heette voluit The European Union Rule of Law Mission in Kosovo, afgekort tot EULEX Kosovo.

Nederlands aandeel

Een kolonel van de Koninklijke Marechaussee arriveerde op 11 november 1999 in Kosovo als speciale adviseur van de UNMIK-politiecommissaris. Hij was onder meer belast met het oprichten en opleiden van een Mobiele Eenheid. Daarnaast gaf hij adviezen over de grenspolitie. De kolonel keerde 31 juli 2000 terug naar Nederland.