Duur missie: 1 juni 2002 - heden
Aantal militairen: 162
Dodelijke slachtoffers: geen
Dapperheidsonderscheidingen: geen
Soedan maakte tot 1 januari 1956 deel uit van het Britse koloniale wereldrijk. Na de onafhankelijkheid kende het land een aaneenschakeling van langdurige en terugkerende gewapende conflicten. Een muiterij legerofficieren was de opmaat naar een burgeroorlog die zeventien jaar zou duren.
Dood en verderf
Eind jaren zeventig probeerde de regering controle te krijgen over de natuurlijke hulpbronnen in het zuiden en doorbraken hiermee de status quo die na de burgeroorlog was ontstaan. Eind jaren tachtig probeerde de Soedanese regering de belangrijkste verzetsbeweging te verslaan door met islamitische stammen in het zuiden samen te werken. Deze vormden gewapende milities die dood en verderf zaaiden. De verzetsbeweging reageerde met vergeldingsacties, waardoor een vicieuze cirkel van geweld ontstond. Ook in Darfur leidde verschillen tussen Arabischsprekende nomaden als niet-Arabischsprekende stammen tot grote uitingen van geweld.
UNAMIS
De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties (VN) besloot op 11 juni 2004 de United Nations Advance Mission in Sudan (UNAMIS) in het leven te roepen. UNAMIS had tot taak te bemiddelen tussen de Soedanese regering en de rebellen in het zuiden en te zoeken naar een oplossing voor de problemen in de provincie Darfur. Daarnaast diende UNAMIS een eventuele vredes-ondersteunende operatie voor te bereiden. Nederland was vanaf het begin actief betrokken bij pogingen een einde te maken aan het geweld in Darfur en heeft naar meerdere missies militairen gestuurd.
Beeld: NIMH, collectie Audiovisuele Dienst Defensie/Mediacentrum Defensie
In april 2006 staan de eerste deelnemers van UNMIS klaar voor vertrek op luchthaven Schiphol.
Militaire adviescommissie
Op initiatief van Nederland, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten werd een militaire adviescommissie om de Soedanese regering te adviseren bij het hervormen van de veiligheidssector. Ook hiervoor werden twee Nederlandse officieren naar Soedan gestuurd. De Soedanese regering zat hier echter niet op te wachten en de adviserende taak kwam niet uit de verf.
Nieuwe missies
In november 2005 besloot de Nederlandse regering om ten behoeve van de United Nations Mission in Sudan (UNMIS) vijftien militaire waarnemers te sturen. In welke sectoren deze waarnemers tewerk zouden gaan, was eerst nog voer voor de nodige discussies met de force commander van UNMIS. De Nederlandse waarnemers en politiefunctionarissen werden bij voorkeur en in overleg met de VN ter plaatse in tweetallen ingezet. De hoofdtaak van de waarnemers was controleren of de partijen zich aan de afspraken die waren vastgelegd in het vredesakkoord hielden. Ze bezochten daartoe militaire eenheden en telden de wapens en de manschappen. Ook legden zij contacten met de lokale bevolking en bemiddelen soms in conflicten tussen verschillende stammen.
Politie en inlichtingen
Voor de waarnemersmissie van de Afrikaanse Unie (AMIS) stuurde het Ministerie van Buitenlandse Zaken twee oud-militairen. Daarnaast stelde Nederland ook een politie- en een inlichtingenexpert ter beschikking van AMIS en ondersteunde het in het bijzonder Rwanda bij het gereed maken en ontplooien van zijn vredestroepen. In de zomer van 2007 stuurde Nederland twee officieren en later een veldhospitaal met chirurgisch team voor de gecombineerde missie in Darfur van de VN en de Afrikaanse Unie, de United Nations African Union Mission in Darfur (UNAMID).
