Duur missie: 1 januari 2003 - heden
Aantal militairen: 182
Dodelijke slachtoffers: geen
Dapperheidsonderscheidingen: geen

De Europese Unie besloot 18 februari 2002 per 1 januari 2003 de politiemissie van de United Nations International Police Task Force (UNIPTF) voort te zetten als European Union Police Mission. Doel van de missie was het begeleiden van het Bosnische midden- en hogere politiekader bij het uitoefenen van politietaken naar Europees model. De EUPM had in tegenstelling tot UNIPTF geen uitvoerende taken en verrichtte de werkzaamheden ongewapend. Het was de eerste politiemissie van de EU waaraan zowel civiele als militaire politiefunctionarissen deelnamen. De missie telde ongeveer 515 personen en honderden lokaal geworven personeelsleden.

Politiehervormingen

De belangrijkste Bosnische partijen bereikten eind 2005 een politiek akkoord over toekomstige politiehervormingen. De Europese Unie vertrouwde het toezicht op deze hervormingsmaatregelen toe aan een sterk verkleinde politiemissie: EUPM II (ongeveer 200 personen). EUPM II werkte nauwer dan haar voorganger samen met lokale en internationale organisaties. Zo kreeg de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie een grotere coördinerende rol. Een ander belangrijk aandachtspunt van EUPM II was de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit.

Beeld: NIMH, collectie Staffotografen Directie Voorlichting Ministerie van Defensie

Blije gezichten als Nederlandse marechaussees op vliegbasis Eindhoven terugkeren van hun deelname aan EUPM.

Nederlands aandeel in European Union Police Mission I en II (EUPM)

De ministerraad bood de Europese Unie 8 november 2002 20 militairen van de Koninklijke Marechaussee en 8 civiele politiefunctionarissen aan. Het aantal functionarissen van de marechaussee schommelde in de praktijk tussen de 20 en 22 personen, terwijl er 8 tot 11 civiele politiefunctionarissen deelnamen. Zij werden steeds voor een jaar uitgezonden. In mei 2002 vertrok al een onderofficier van de marechaussee naar Bosnië-Herzegovina om het planningsproces op te starten. Hij kreeg op 2 september gezelschap van een collega. Het merendeel van de overige Nederlandse leden reisde in de maanden november en december 2002 naar het missiegebied.

Training en opleiding voor politie

De marechaussees verzorgden trainingen en opleidingen bij de toezichthoudende diensten van de lokale politieorganisaties in de verschillende kantons. De civiele politiefunctionarissen verzorgden opleidingen voor en gaven ondersteuning aan het lokale midden- en hogere politiekader. Het eerste jaar van de missie verliep over het algemeen succesvol.

Beeld: NIMH, collectie Staffotografen Directie Voorlichting Ministerie van Defensie

Vrolijke gezinshereniging op vliegbasis Eindhoven bij de terugkeer van EUPM.

Afwijkende standaarden

Wel bleek dat niet iedereen dezelfde methodes en standaarden gebruikte. De European Union Police Mission (EUPM) besloot daarom alle politieadviseurs voorafgaand aan de missie samen een training te geven. Een brigadegeneraal van de marechaussee bekleedde van 25 juni 2004 tot 31 december 2005 de functie van plaatsvervangend hoofd EUPM.

Vooruitgang

Omdat belangrijke politiehervormingen uitbleven kon de EUPM niet altijd even effectief optreden. Daarnaast mislukten veel projecten door wijdverspreide corruptie. Er was echter wel degelijk sprake van vooruitgang. De Nederlandse regering besloot voor EUPM II 10 personen beschikbaar te stellen: 4 militairen van de Koninklijke Marechaussee en 6 civiele politieagenten.

Beeld: NIMH, collectie Staffotografen Directie Voorlichting Ministerie van Defensie

Een kapitein van de Koninklijke Marechaussee spreekt de van EUPM teruggekeerde marechaussees toe op vliegbasis Eindhoven.