United Nations Mission in Liberia (UNMIL)

Duur missie: 18 november 2003 - 19 februari 2004
Aantal militairen: 270
Dodelijke slachtoffers: geen
Dapperheidsonderscheidingen: geen

In 1980 kwam Samuel Doe na een staatsgreep in Liberia aan de macht. Zijn bewind kreeg een steeds wreder en strenger karakter. De oppositie tegen Doe nam toe. Talloze echte of vermeende staatsgrepen vormden hiervoor het bewijs. Onder leiding van Charles Taylor viel een groep rebellen in december 1989 Liberia binnen en veroverde het land.

De Economic Community of West African States (ECOWAS) was bang voor regionale onrust en stuurde een troepenmacht; de ECOWAS Monitoring Group (ECOMOG). ECOMOG raakte al snel verstrikt in een keiharde strijd tussen groeperingen die talloze levens kostte. Hierbij werden op grote schaal kindsoldaten ingezet.

Burgeroorlog na 7 jaar Taylor als president

In 1993 sloten de strijdende partijen het verdrag van Cotonou. Dat resulteerde met enige vertraging in 1997 in de verkiezing van Taylor tot president. Wijdverbreide schending van de mensenrechten, intimidatie van de oppositie en het uitblijven van hervorming van het veiligheidsapparaat ondermijnden echter het proces van nationale verzoening. Het gevolg was een hervatting van de burgeroorlog in 2000. De strijdende partijen sloten pas op 18 augustus 2003 een nieuw vredesverdrag. De burgeroorlog had inmiddels aan bijna 150.000 mensen het leven gekost.

Oprichting vredesmacht

De VN-Veiligheidsraad besloot op 19 september 2003 op verzoek van de voormalige strijdende partijen tot oprichting van een vredesmacht. Dit werd de United Nations Mission in Liberia (UNMIL). De stabilisatiemacht steunde de overgangsregering van Liberia en andere partijen bij: de uitvoering van het vredesakkoord, het toezicht op de handhaving van het staakt-het-vuren en de vestiging van het staatsgezag in het gehele land.