Watersnood in Midden-Frankrijk

Duur missie: 3 oktober 1960 - 7 oktober 1960
Aantal militairen: 4.424
Dodelijke slachtoffers: geen
Dapperheidsonderscheidingen: 3

In september en oktober 1960 werd Midden-Frankrijk geteisterd door zware regenval. De rivieren de Creuze en de Corrèze in de provincie Auvergne traden buiten hun oevers. Vooral de steden Aubusson en Tulle leden onder de overstroming. De krachtige watermassa verwoestte elektriciteitsmasten, wegen, fabrieken en woningen. Nederlandse militairen schoten te hulp.

Ten tijde van de overstromingen was de Nederlandse 1 Divisie ‘7 December’ op oefening in het 39 kilometer verderop gelegen La Courtine. In de avond van 3 oktober 1960 vroeg het plaatsvervangend departementshoofd van Aubusson de divisiecommandant, generaal-majoor Dirk de Vries, om bijstand.

1 Divisie schiet te hulp

De troepen van 1 Divisie kwamen direct in actie. Stafofficieren spoedden zich naar Aubusson om de situatie in kaart te brengen. Zij werden gevolgd door detachementen van 11 Marechausseecompagnie, 11 Verbindingsbataljon en een transportgroep van 11 Tankbataljon. De volgende ochtend arriveerde de eerste compagnie van 16 Infanteriebataljon Limburgse Jagers.

De eenheden begonnen Aubusson water- en moddervrij te maken. Op de meest bedreigde punten wierpen de militairen dammen van wrakhout en zandzakken op. 11 Geniebataljon maakte de wegen naar Aubusson vrij. Ook zorgden de Nederlandse militairen met geïmproviseerde stutten dat huizen niet instortten. Intussen herstelden de ‘verbindelaars’ het berichtenverkeer van en naar Aubusson. In de daaropvolgende dagen werden de genisten belast met herstelwerkzaamheden aan de bedding van een zijrivier van de Creuze en bouwden zij een nieuwe brug.

Naar Tulle

In de vroege ochtend van 6 oktober vertrokken 100 Limburgse Jagers met 5 kiepauto’s naar het stadje Tulle op 100 kilometer van La Courtine. Dat was ook door de zware regenval getroffen. Onder leiding van kapitein H.A. Muller hielpen zij de bevolking met het ruimen van puin en kleine herstelwerkzaamheden. Zo ontdeden zij het marktplein van Tulle van een dikke modderlaag en de trottoirs van doorweekte winkelvoorraden. Ook hielpen de Limburgse Jagers de pastoor om de inventaris van zijn kathedraal elders op te slaan. OP 7 oktober keerden de militairen weer terug naar La Courtine.

Redding en onderscheiding

Dienstplichtig soldaat A.C. Heeren wist een Franse vrouw van de verdrinkingsdood te redden, wat hem een bevordering tot korporaal en extra verlof opleverde. De Franse autoriteiten onderscheidden op 27 oktober 1960 heel 1 Divisie ‘7 December’ met de Medaille d’argent de courage et de dévouement. Dit is de hoogste Franse onderscheiding voor daden van moed en toewijding.