Jacobus van Melick
Amper twee maanden oud is Jacobus van Melick wanneer zijn vader Peter overlijdt. Gelukkig vindt zijn moeder Maria snel steun en stabiliteit voor hun kleine gezin door anderhalf jaar later te hertrouwen met Wilhelmus, de oudere broer van Peter. Van Melick groeit op met vier halfzusjes en een halfbroertje. Het gezin woont in Maasniel, onder de rook van Roermond in Limburg.
Eenmaal volwassen komt Van Melick in Zeist terecht. Daar vindt hij de liefde. Als bijna veertiger stapt hij in oktober 1931 in het huwelijksbootje met Margaretha Fluit. Na drie jaar raakt Fluit in verwachting, maar wanneer zij in mei 1935 bevalt, blijkt het kindje niet te leven. Het echtpaar blijft de rest van hun huwelijk met zijn tweetjes.

De strijd begint
Na de afkondiging van de algemene mobilisatie wordt Van Melick als opperwachtmeester-instructeur der Huzaren ingedeeld bij het 4e Eskadron van het 1e Regiment Huzaren. Dit regiment moet aan het begin van de meidagen het terrein voor de Grebbelinie verkennen. Verschillende pelotons rijden heen en weer tussen de Grebbe en de IJssel om te proberen vast te stellen of de vijand er al is en zo ja, waar precies. Op 11 mei krijgt Van Melicks eskadron de opdracht om het gebied tussen Amersfoort en Barneveld te bezetten, te verkennen en zo nodig de eerste gevechten met de vijand aan te gaan. Van Melick neemt met zijn peloton posities in bij een brug over de Barneveldsche Beek, dichtbij het dorpje Achterveld.
Duitse troepen zijn in de tussentijd steeds dichterbij gekomen en meerdere eenheden van het regiment Huzaren komen in vuurgevechten terecht. Vanuit de richting van Terschuur komend maken de vijandelijke troepen contact en nemen de Nederlanders onder vuur. Vanuit boerderijen schiet de vijand op de verdedigers en maakt daarbij veel slachtoffers.
'Overwinnen of sterven'
De Huzaren komen steeds meer in het nauw. Ineens worden Van Melick en zijn mannen in de rug aangevallen. Het lijkt wel of de Duitsers nu overal zitten. Wanneer Van Melick opstaat om de situatie te overzien raakt hij ernstig gewond. Liggend in de struiken, gaat hij onverminderd door met aanwijzingen geven en zijn mannen aansporen. “Overwinnen of sterven!” houdt hij ze telkens voor. Het mag niet baten. De overmacht is te groot en Van Melicks peloton moet zich uiteindelijk overgeven.
Na de overgave wordt de zwaargewonde Van Melick naar het Diaconessenziekenhuis in Arnhem gebracht. Daar overlijdt hij een dag later aan zijn verwondingen. Hij vindt zijn laatste rustplaats op begraafplaats Moscowa in Arnhem en krijgt postuum het Bronzen Kruis uitgereikt. Na de oorlog worden er in Voorthuizen, Achterveld en Roermond monumenten opgericht waarop onder andere de naam van Jacobus van Melick prijkt. Een eerbetoon aan de man die zich aan zijn woord hield, want overwinnen was niet gelukt.