Locatie: Aschersleben, deelstaat Saksen-Anhalt, Duitsland.
Functie: assemblage van vliegtuigrompen.
Datum aankomst eerste Nederlanders: juli 1943.
Nationaliteiten: Frankrijk, België, Nederland.
Aantal Nederlandse gevangenen: minstens 180.
Datum bevrijding: 17 april 1945 door Amerikaanse troepen.

Een ander omvangrijk en berucht werkkamp is het Arbeitskommando Aschersleben Junkers 11/10. Dit werkkamp bevindt zich op een terrein ten noordwesten van de stad Aschersleben. Het Arbeitskommando valt organisatorisch onder het Schattenlager Stalag XI-a Altengrabow.

Vliegtuigrompen

Op 2 juli 1943 vertrekt een groep van 180 Nederlandse krijgsgevangenen vanuit Altengrabow richting de Junkers Flugzeug- und Motorenwerke AG in Aschersleben, een nevenvestiging van de hoofdvestiging in Dessau. De werkzaamheden van de Nederlanders bestaan uit het transporteren van onderdelen en montagewerk aan vliegtuigrompen, zoals voor de Junkers 88 en Junkers 52. Slechts een enkeling heeft het geluk in een magazijn of op de tekenkamer terecht te komen. Een taak die met regelmaat als strafmaatregel geldt, is het vetvrij maken van aluminium platen in loogbaden, een bad gevuld met een geconcentreerde oplossing van natriumhydroxide in water. Velen lopen hierbij een zogeheten dural-vergiftiging op: doordat de persoonlijke hygiëne te wensen overlaat, komen resten van loog en koper in het bloed.

Gemiddeld werken de Nederlanders 72 uur per week maar dit kan oplopen tot wel 84 uur. De fabriek is continu in bedrijf, waardoor in ploegendiensten wordt gewerkt. Ook veel Duitse civiele arbeiders ontkomen niet aan het werken in wisselende diensten. De krijgsgevangenen krijgen een sportstadion genaamd ‘Lager am Stadion’ als onderkomen aangewezen, waarin ook krijgsgevangenen van andere nationaliteiten huizen en dat op ongeveer een half uur lopen van de werkplek ligt. Bij Junkers werken ook Nederlandse burgerarbeiders in het kader van de Arbeitseinsatz. Zij zijn ondergebracht in een ander kamp, in de directe omgeving van de fabriek.

Protest

De in begin juli 1943 in Aschersleben neergestreken groep Nederlandse krijgsgevangenen bestaat voor het grootste deel uit manschappen (ongeveer 120 man), de overigen zijn onderofficieren. Bij aankomst van de laatsten protesteert een aantal van hen tegen de gedwongen tewerkstelling in de oorlogsindustrie. De Duitse autoriteiten zijn hiervan niet onder de indruk. Na bedreiging met wapengeweld en stokslagen zien de onderofficieren uiteindelijk geen andere keuze dan het werk op te pakken.

 

Staking

Dat hun strijdvaardigheid hiermee niet is geknakt, blijkt enkele maanden later. Zij maken hun ongenoegen nog een keer kenbaar, ditmaal met een werkstaking. Als gevolg hiervan besluit de Duitse kampleiding op 19 april 1944 de groep van 46 Nederlandse onderofficieren af te voeren naar het Stalag XI-a, waar ze, na een paar dagen in de gebruikelijke quarantaine, in het strafkamp Stalag XI-a/z Gross Lübars terechtkomen. Volgens sergeant Eduard Stuut is het verblijf hier van korte duur. Hij schrijft op 27 april 1944 in zijn dagboek: ‘Vijftig man moeten weer terug naar Asjensleben, werken bij Junkers, die kon er niet buiten. Onder protest gegaan.’ In juni 1944 veroordelen de Duitsers vijf onderofficieren die weigeren om te werken tot 10 maanden gevangenisstraf. Onbekend is waar zij de straf vervolgens uitzitten. In dezelfde maand keren de overige onderofficieren terug naar het Zweiglager Gross Lübars. De manschappen blijven tot aan de bevrijding in Aschersleben.

Bombardementen

De geallieerden voeren meerdere luchtaanvallen uit op de Junkersfabriek van Aschersleben. Op 20 februari 1944 bombarderen 34 Amerikaanse bommenwerpers het complex voor het eerst. Bij een tweede bombardement op 22 februari 1944 worden alle bedrijfsgebouwen verwoest. Als gevolg hiervan verplaatst Junkers kort daarop de productielijn naar de ondergrondse gangen van de nabijgelegen kalimijnen. Tot aan de bevrijding in 1945 zijn de Junkersfabrieken nog meerdere malen het doelwit geweest. Bij een van de zwaarste bombardementen, op 31 maart, wordt vooral de stad geraakt, waarbij 82 slachtoffers vallen. Er zijn geen Nederlandse krijgsgevangenen om het leven gekomen bij de luchtaanvallen op Aschersleben. Op 10 april 1945 staakt de Junkersfabriek haar productie. Een week later veroveren de Amerikanen Aschersleben en komen de krijgsgevangenen op vrije voeten. Kort daarna volgt repatriëring naar Nederland.

Niets is bewaard

Bij een bezoek in 2019 blijkt niets meer te herinneren aan het voormalige Lager. Ook van de fabrieksgebouwen van Junkers, in het industriegebied rond de huidige Majoranweg en Walter-Kersten-Strasse in Aschersleben, is niets bewaard gebleven.