Locatie: Herzberg am Harz, deelstaat Nedersaksen, Duitsland.
Functie: arbeid in een houtfabriek.
Datum aankomst eerste Nederlanders: eind juli 1943.
Nationaliteiten: Frankrijk, Nederland.
Aantal Nederlandse gevangenen: minstens 209.
Datum bevrijding: 11 april 1945 door Amerikaanse troepen.

Het Arbeitskommando 5001 ondersteunt de fabriek Fritz Homann A.G. Sägewerk in Herzberg am Harz. Het valt organisatorisch onder het Schattenlager Stalag XI-b Fallingbostel.

Klein gebouwtje

De eerste Nederlandse krijgsgevangenen komen eind juli 1943 vanuit Stalag XI-a Altengrabow in het Arbeitskommando aan. Enkele weken later volgt een tweede ploeg Nederlanders, ook afkomstig uit Altengrabow. Een enkeling belandt op een andere manier in Herzberg. In totaal gaat het waarschijnlijk om zo’n tweehonderd man. De Nederlanders komen in een klein gebouwtje op het terrein van de fabriek aan de Bahnhofstrasse 30 in Herzberg am Harz in het Arbeitskommando terecht. Doordat het aantal Nederlanders in Arbeitskommando 5001 relatief groot is, beschikken zij over een eigen kampkrant met de naam ‘De gloeiende knijp’. Ook heeft het Kommando een eigen ziekenbarak.

In ploegendienst

In Herzberg zijn de Nederlandse krijgsgevangenen in ploegendienst actief bij het laden en lossen van spoorwagons, het stoken van de ovens, het hakken van bomen en het bewerken van hout. Wanneer er in de fabriek geen werk is, werken ze aan het spoor. Behalve geperste wandvezelplaten produceert de fabriek munitiekisten voor de nabijgelegen Munitionsanstalt . Het afval in de vorm van houtsnippers dient als brandstof in houtgestookte gasgenerators.

 

Overtreding

De werkomstandigheden zijn volgens soldaat Hendrik Vos niet al te best: ‘Volgens de bepaling der conventie mag geen KG aan gevaar blootgesteld worden. Nu werd het laatste jaar van ons gevergd, dat wij bij luchtalarm doorwerken moesten tot zogenaamd fabrieksalarm gegeven werd. Dit werd gegeven na volalarm, wanneer de vliegtuigen boven (de fabriek) waren, dan moesten we nog 3 à 400 m lopen voor we bij onze schuilplaatsen waren. Dit is mijns inziens een overtreding der conventie. Ook zijn meerdere personen geranseld met geweer of bajonet, doch dit is voor zover ik weet niet gebeurd dan na het plegen van een strafbaar feit onzerzijds. Maar dan zijn lijfstraffen voor KG toch altijd verboden. Voor het eerstgenoemde was aansprakelijk de chef der fabriek. Voor het laatste onze Kommandoführer Gefreiter Calbenberg.’

Slachtoffer

Begin april 1945 worden de Nederlanders ingezet voor het blussen van een brand op het terrein van de Munitionsanstalt. Bij een explosie als gevolg van de brand komt soldaat Lodewijk Peperkamp om het leven. Soldaat Teunis Lagewaard is hier getuige van: ‘Wij werden gewekt en bevolen met de brandspuit te helpen blussen. Dit bevel werd gegeven door de bedrijfsleider der firma Homann te Herzberg am Harz (...) Ongeveer één uur daarna volgde er een ontploffing, die één onzer het leven kostte en een ander opgenomen moest worden. En wij zelf, 12 man sterk, liepen verwondingen op.’ Soldaat Peperkamp leeft nog enkele dagen en overlijdt op 11 april 1945. Hij is niet het enige slachtoffer. Bij de ontploffing komen in totaal 29 mensen om het leven en valt een groot aantal gewonden.

Chaotisch

De laatste dagen in Herzberg zijn chaotisch. Er is vaak luchtalarm. Een deel van de krijgsgevangenen wordt weggevoerd, een ander deel vlucht en weer anderen verstoppen zich in de buurt. Na een belegering van vier dagen bevrijden Amerikaanse troepen hen op 11 april 1945.              

Grote delen aanwezig

Bij een bezoek in 2018 blijken grote delen van de fabrieksgebouwen, zoals het portiersgebouw, de directiewoning en de hal voor fabricage van houtplaten nog aanwezig. Er wordt echter ook gesloopt, onder meer het ovengebouw. Van het onderkomen en de ziekenbarak zijn geen sporen meer aangetroffen.