Locatie: Antoniewo, ten zuidoosten van Skoki, Polen.
Functie: officierskamp.
Datum ingebruikname: maart 1942 met de hernoeming van Stalag XXI-e in Oflag XXI-c.
Nationaliteiten: Joegoslavië, Nederland en Noorwegen.
Aantal Nederlandse gevangenen: 6.
Datum bevrijding: in september 1943 wordt het kamp opgeheven.

In het kamp bevinden zich bij aankomst van de vijf Nederlandse generaals op 31 juli 1942 al enkele Servische en Noorse officieren, van wie een aantal ook eerder in Johannisbrunn verblijft. Het stenen gebouwencomplex dient voor de oorlog als opvoedingsgesticht voor jongens. De huisvesting is sober.

Beeld: ICRC Audiovisual Archive

Een wachttoren kijkt uit op het krijgsgevangenkamp.

Nederlandse generaals in de kou

De generaals krijgen de kleinste kamers toegewezen met daarin ‘geïmproviseerde houten kribben met houtwolzak, geen waschtafel noch spiegel’. Het gebouw is tochtig en de brandstofvoorziening is schamel, waardoor in de winter van 1942-1943 flink moet worden geïmproviseerd om de ruimtes warm te houden. Uit de aantekeningen van generaal-majoor Van Lawick valt op te maken dat de klachten over de ondermaatse accommodatie effect hebben: op 17 mei 1943 komt de mededeling dat de Nederlandse generaals overgeplaatst zouden worden naar Oflag IV-b/h Königstein. Het afscheid op 19 mei wordt opgeluisterd met ‘muziek met voetbalwedstrijd der Serven, te onzer ere’.

Kamp anno nu

Het voormalige kamp is nog steeds een opvoedkundig instituut en is nog grotendeels zoals het was ten tijde van het verblijf van de Nederlandse generaals.