Herman Friedrich Gleichmann wordt geboren op 4 februari 1886 in Coburg, in het zuid-Duitse Beieren. Hij is, waarschijnlijk als dienstplichtig militair, bij de Duitse marine in Tsingato geplaatst, een Duitse koloniale stad in China. In 1914 strijden de Duitsers enerzijds en een coalitie van Japanners en Britten anderzijds flink om deze stad. Deze enige strijd op land in de Pacific tijdens de Eerste Wereldoorlog wordt gewonnen door de Brits-Japanse coalitie. Dit resulteert in een groot aantal Duitse krijgsgevangenen, waaronder Herman Gleichmann.
Beeld: © Privécollectie nabestaanden Herman Gleichmann
Herman Gleichmann met zijn twee dochters Christiana (rechts) en Corry.
Bij de spoorwegen
In 1920 wordt een groep zogenaamde ‘Tsingtao-Duitsers’ (voormalige krijgsgevangenen) door de koloniale overheid naar Nederlands-Indië gehaald. Zij worden aangeworven vanwege een personeelstekort in functies voor Europeanen bij onder andere de politie en de spoorwegen. Gleichmann komt zodoende in 1920 bij de Nederlands-Indische Spoorwegen (NIS) te werken. De spoorwegen hebben hun hoofdkantoor in het gebouw Lawang Sewu (‘duizend deuren’) in Semarang op Java. Hij werkt daar als magazijnmedewerker.
Toch niet terug
Gleichmanns contract loopt in eerste instantie tot 1923, waarna hij van plan is om terug naar huis te keren. Door een Britse vriend wordt hij echter meegenomen naar het dorp Mijen (Midjen), dat ten zuidwesten van de stad Semarang ligt. Daar kopen zij land voor een plantage. Een belangrijkere reden om in Nederlands-Indië te blijven: Herman ontmoet Mardjiem, op wie hij verliefd wordt en met wie hij in 1924 trouwt.
Beeld: © Privécollectie nabestaanden Herman Gleichmann
Herman Gleichmann toont trots de huid van een luipaard die hij bij het jagen heeft geschoten.
Plantagehouder
Het echtpaar krijgt vier kinderen: Christiana Henriette (geboren in 1925), Corry Frieda (geboren in 1927), Hermann Heinz (geboren in 1932) en Franz Friederich (geboren in 1936). In die tijd werkt Gleichmann als planter en handelaar in allerlei verschillende gewassen en landbouwproducten. Dat blijkt uit de diverse advertenties waarmee hij in De Locomotief staat: in 1925 verkoopt hij houtskool, took (houtproduct) en bamboe. In februari 1934 wordt Gleichmann door de Raad van Justitie in Semarang failliet verklaard. Kort erna, worden bij een veiling zijn eigendommen te koop aangeboden: een perceel en het recht van erfpacht voor kleine landbouw in de desa Wonolopo, in het district Bodja, inclusief een stenen woonhuis en complete bijgebouwen. Aan het eind van het jaar lijken de zaken weer beter te gaan. Gleichmann plaatst wederom een advertentie in De Locomotief, ditmaal voor diverse soorten bloemzaden, Bogor-ananas (kleine ananas) en koffiebonen.
Beeld: © Privécollectie nabestaanden Herman Gleichmann
Herman Gleichmann (rechts) naast zijn dochters Corry en Christiana.
Gevangenschap
Net als vele andere Duitse mannen wordt Herman Gleichmann op 10 mei 1940 vanwege zijn nationaliteit geïnterneerd. In welke interneringskampen hij als eerst wordt opgesloten, is niet bekend. Wel dat hij in de zomer van 1940 overgeplaatst wordt naar Lawé Sigalagala, het centrale interneringskamp dat door de koloniale overheid in Noord-Sumatra is gebouwd.
Scheepsramp
Tijdens de scheepsramp met de Van Imhoff op 19 januari 1942 weet Gleichmann één van de reddingsvlotten of –boten te bereiken. Zo overleeft hij de ramp. Wanneer deze vaartuigen eindelijk de kust van het eiland Nias bereiken, raakt de reddingsboot in de golven beschadigd. Hierbij raakt Gleichmann, die volgens onderzoeker C. van Heekeren gehandicapt was, ernstig gewond. Zo ernstig dat hij enkele uren later overlijdt.
Beeld: © Privécollectie nabestaanden Herman Gleichmann
Portretten van Herman Gleichmann (rechts) en zijn vrouw Mardjiem.
Onvindbaar graf
Een van de eerste dingen die de andere overlevenden moeten doen, is het begraven van Gleichmann op of nabij het strand aan de zuidwestkust van Nias. Nog voor hij overlijdt heeft Gleichmann aan een vriend – waarschijnlijk de heer Max Quandt, die ook uit Semarang kwam – gevraagd om zijn echtgenote Mardjiem te vertellen wat er is gebeurd. Als Mardjiem later Hermans graf probeert te vinden, kan echter niemand haar vertellen waar dat is.